22) 18 juli.

Gepubliceerd op 13 juli 2023 om 12:11

(17 juni - 5 juli) Het idee. Ik sta er mee op. Ik  ga er mee naar bed. Tijdens het autorijden denk ik er aan. Tijdens een overleg dwalen mijn gedachten af. In de supermarkt loop ik drie gangpaden verder voordat mijn hersens tijd hebben om me eraan te herinneren dat ik  iets moest hebben uit het schap  vier gangpaden geleden. Luisterend naar opzwepende muziek op een festival denk ik er continu aan.  Tijdens het zwemmen, tijdens het fietsen, koken, eten, werken en al die andere dingen die ik  op een dag doe denk ik er aan. Het gaat door tot ik  er doodziek van wordt.  Er vanaf wil. Laat de behandeling morgen beginnen. Of liever toch niet.

 

Je staat er mee op. Je gaat er mee naar bed. Je kotst het uit. En gaat toch door. Met Ingrid is het niet veel anders.

 

De teneur van de doktoren is dat ik me bevoorrecht moet voelen. Ik moet blij zijn dat ik de behandeling mag ondergaan.  En ze hebben gelijk. Zeker. Dat weet ik ook wel. Alleen. Alleen? Het vooruitzicht voelt niet zo. Ik zie er tegenop. Als tegen het beklimmen van de K2 zonder klimervaring. Vind me zelf zielig dat me dit is overkomen. Waarom ik? Waarom nu? Vragen waar niemand ooit antwoord op kreeg. Het antwoord is er ook niet. Een held ben ik in ieder geval niet. Die desillusie kan ik toevoegen aan de levenslijst. Maar verder? IK moet niet zo zeuren en het gewoon ondergaan. Als zovelen voor me. Die het overleefden. Al jaren ziektevrij doorleven. Langdurige onderdrukking bereikten. Met alleen steeds de vraag hoe lang langdurige onderdrukking voortduurt.

 

 Ik vraag me al dagen af hoe ik moet  omschrijven hoe ik me voel. De ene beschrijving is nog zwarter dan de ander. Kloppen natuurlijk ook niet. Maar het bevoorrechte gevoel van de doktoren zit er niet bij. Zou wel zo moeten zijn, want tien jaar geleden lag ik nu al onder de grond. Of was er op zijn minst hard naar toe op weg. Het geluk is aan mijn zijde. Er is nu een behandeling die dood nog een tijdje verjaagt. Mits je de behandeling overleeft. De kans daarop is groot. Heel groot.

 

Ik weet dat ik door een zoutzure appel heen moet bijten. Dat het een vrije keuze is. Want laten we wel wezen:  de keuze is er. Heel simpel: to die or not to die. Maar ja. Wie kiest er voor het eerste terwijl hij nog min of meer recht van lijf, hersens en leden is?  Nog maar 65 jaar oud? Hoe erg is het om  een paar weken beroerder te zijn dan ooit eerder in je leven als je daarna weer jaren actief kunt verder leven? Hoe vreselijk is het om een paar maanden van je leven op te offeren aan het vooruitzicht jaren kankeronderdrukt te zijn? Natuurlijk.  Helemaal niet erg. Rationeel kan ik dit volmondig beamen. Alleen het  voelt zo verdomd anders als je nog voor de behandeling staat. Wat de sombere gedachten en het vrezen verder ook zijn: morgen komt de zon gewoon weer op. Voor ik het weet zal het achter de rug zijn.

 

18 juli. De start naar het nieuwe leven begint dan. Eerst het ravijn. Verblijf van circa een maand in het ziekenhuis in Z. Diepe infuus lijn, zes dagen chemo cocktails en doodziek zijn. Dan de stamceltransplantatie en opkrabbelen. Hopen op stamcellen die snel doen wat er van ze verwacht wordt. Hopen op weinig complicaties. Hopen dat maag en andere organen het overleven. Ik zelf natuurlijk ook. Herstel van kwaliteit van leven. Verdwijnen van de overdreven reacties op muggensteken en brandnetelprikken. Hopen hopen.

 

Dat ik dit lot uit het festival van de levensloterij heb gewonnen kondigde zich al aan met een telefoontje op 21 juni. Tijdens een overleg met mensen van het ministerie over een omvangrijk innovatieproject verscheen op eens het woord anoniem op mijn telefoon. Verschrikt vroeg ik me af of ik een belafspraak van het ziekenhuis over het hoofd had gezien. Maar nee, alle afspraken waren pas de volgende dag.

 

Het is de chirurg. Hij zou me eigenlijk morgen bellen, maar hij had de uitslag van het onderzoek van het stuk weefsel dat hij had weggesneden. Het was niet heel erg duidelijk. Het leek geen tumor of lymfoom, maar wat dan wel? Konden ze niet zeggen. Mijn hematoloog-internist zou het morgen wel verder met me bespreken. Hij wilde met alle plezier nog verder onderzoek doen. Ik bedankte de chirurg vriendelijk voor het aanbod. Shit dacht ik, daar gaat mijn ontsnappingsclausule voor traject Z.

 

Mijn specialist, mevrouw Y, is  de volgende dag (22 juni) tijdens de afspraak in het ziekenhuis veel uitgesprokener.

“ De uitslag van het onderzoek van het biopt is dat het geen lymfoom of iets kwaadaardigs is. Ik stuur u door naar Z voor de stamceltransplantatie.”

Ze zegt het zeer opgewekt overduidelijk  in de veronderstelling dat ik heel blij met haar mededelingen zal zijn.

 

Ze kijkt me verbaasd aan als ik spontaan door emoties wordt overmand. De tranen in mijn ogen verschijnen.

“Oh” reageert ze wat verlegen met de situatie, “ U heeft geloof ik al eens aangegeven dat u opziet tegen het traject. Is het niet?”

 

Het kost me moeite me te herpakken.

“Ik geloof,” reageer ik zacht sprekend met dichtgeknepen keel, “Dat niemand met enig gezond verstand erg zal uitkijken naar dit traject.”

 

Haar enige reactie is een instemmende knik. Kan ook moeilijk anders. De afgelopen maanden heb ik een behoorlijk aantal mensen gesproken met meer dan enig verstand van zaken. Van hoogleraar tot medisch specialist is het unanieme oordeel: pittig, heftig traject.

 

Het consult is hierna snel afgelopen. Ik ben bij deze overgedragen aan de zorgen van het ziekenhuis in Z. De opname datum zal ik van hun horen. Mij is een aantal weken geleden 18 juli mee gedeeld. Y heeft in het overleg  mogelijk een eerdere datum gehoord. De afspraak met de specialist in Z op woensdag 5 juli zal helderheid brengen.

 

Eerst op dinsdag 4 juli naar een dependance van ziekenhuis Z in het dorpje W om bloed af te geven. Vanuit Apeldoorn maar twee uur mee bezig. Dependance ligt omgeven door bossen kilometers buiten de bebouwde kom  van een kleine dorpsvlek met wegen die vooral langs nieuwbouw slingeren. Logica?

MIjn bloed is in minder dan drie minuten in twee buisjes verdwenen. Voor het eerst lekt de prikplaats flink na. Als ik de dot watten een paar uur later verwijder zijn ze volledig doordrenkt met bloed. Verbazende ervaring. Het ziekenhuis in mijn woonplaats is echt zo slecht nog niet. Hoeveel keer heb ik daar inmiddels bloed laten prikken? Ik ben de tel allang kwijt, zelfs als ik hem bijgehouden had. Nooit meer dan een piepklein roodbruin vlekje bij het verwijderen van de watten. En nu? Een grote natte rode dot.  Is dit een voorbode voor de rest van de behandeling in Z? Ik verdring deze gedachte maar snel. Draagt nergens aan bij. Is ook veel te beangstigend.

 

Het bloedonderzoek is gelukkig niet voor niets. Uit het bloedonderzoek blijkt dat  mijn nierwaarden volledig zijn hersteld. Ze zijn weer net zo goed als voor de behandeling een half jaar geleden startte.  Specialist G van het ziekenhuis in Z deelt het ons met verbazing in zijn stem mee. Ik ben toch een beetje trots op mijn lichaam.  Aangezien ik ook verder in conditie ben laat hij me toe tot de behandeling. Die begint 18 juli. Staat al tijden In zijn agenda. Wellicht kan het wel eerder. Dat moeten we maar overleggen met de regieverpleegkundige. Hij brengt ons naar haar toe. Ze zit in een kamer direct naast zijn spreekkamer.

 

Wat is een regieverpleegkundige? Goede vraag. Af te lezen uit het mens wat voor ons zit vooral een oplossing voor de afdeling personeelszaken. Wat te doen met een uitgerangeerde, door het leven verzuurde verpleegkundige met nul sociale vaardigheden, een minuscuul brein en de empathie van een blok ijs die al veel te lang in dienst is voor een goedkoop ontslag? We maken haar regieverpleegkundige. Dan is ze  nog van nut. Dat wil zeggen niet tot last van HR. Welkom in een groot ziekenhuis dat op de kosten moet letten.

 

Ingrid en ik zijn opgelucht als we haar kamer weer kunnen verlaten. Zij zal waarschijnlijk blij zijn dat ze haar verhaaltje weer eens zonder merkbare fouten heeft afgedraaid. De patiënt de akkoordverklaring heeft ondertekend. De dreiging van extra werk is afgewend. Het pensioen weer een half uur is genaderd.

Nodeloos te zeggen: 18 juli blijft 18 juli. Mijn aftellen begint. Ingrid telt dubbel mee.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.